In de formateurnota van minister-president Kris Peeters wordt de oprichting van een nieuw energiebedrijf aangekondigd. Een op zich bewonderenswaardig initiatief dat klinkt naar ambitie! Dit zie je trouwens ook in Nederland waar talloze lokale en regionale overheden de laatste weken luid verkondigen dat ze allerlei nieuwe initiatieven gaan nemen in de energiesector. In Nederland is dit trouwens vooral ontstaan door de vele miljarden die men gaat krijgen met de verkoop van Nuon en Essent. Een eerste bedenking die men zich kan maken dat de energiemarkt in België volledig geliberaliseerd is en het op het eerste zicht enigszins paradoxaal is dat de overheid/overheden als commerciële speler op deze vrije markt gaat acteren. Dat de liberalisering tot nu toe vooral dode letter is gebleven, op Nuon, Essent en een paar andere bescheiden succesvolle initiatieven niet nagelaten, is eigenaardig genoeg ook aan dezelfde overheid te wijten. Door het gebrek aan ondersteunende regelgevende/wetgevende maatregelen om de marktopening te ondersteunen is de dominantie van de historische marktspelers zo goed als onaangetast. Moet men dan concluderen dat het idee van de komende Vlaamse regering een slecht idee is, dat hoeft niet. Als men ervoor kiest om samen met de vrije markt nieuwe initiatieven te ondersteunen en er niet voor kiest om zelfstandig te proberen te acteren kan dit investeringen stimuleren. Eerst moet men zich de vraag stellen vanuit een normale economische gedachte waarom? Welke reden is er om een nieuw energiebedrijf te beginnen, de vergelijking die oud(en wellicht nieuw) minister Geert Bourgouis maakte naar Telenet en Belgacom gaat niet op. Zelfs met de vliegende start die Telenet had doordat ze vanuit een bestaand netwerk konden vertrekken(moest wel tweeweg geschikt gemaakt worden) en het feit dat dit een enorme groeimarkt was/is(breedband Internet, media en telefonie of beter bekend als triple P speler) waren de eerste zeven á acht jaar(sinds zijn ontstaan in 1995/1996) een van gemiste kansen/zware verliezen/gebrek aan strategie. Telenet wist de eerste vijf jaar tot zeven jaar gewoon niet wat ze waren, eerst een telecom bedrijf, dan Internet bedrijf, dan weer telecom, dan weer Internet, de rest kunt u wel raden.
Daar de energiemarkt niet zon sterke groei kent(behalve dan groene stroom) zal men een nieuw businessmodel moeten vinden. Wellicht is decentrale productie er een van, de toekomstige slimme steden, wijken en straten hebben behoefte aan nieuwe concepten. In principe kunnen alle klanten die aangesloten zijn op laagspanning(relatief laag verbruik, gezinnen en klein zakelijk) in aanmerking komen voor het bouwen van eigen productie. Hiermee zeg ik niet dat de toekomst alleen maar decentrale productie zal zijn maar wel beide. De groot industrie heeft behoefte aan basislast productie en verbruikt grote hoeveelheden, hiervoor zullen we steeds grote elektriciteitscentrales nodig hebben. Buiten slimme meters zullen we ook een veelvoud aan technologie op straatniveau gaan gebruiken gaande van wind, zon, grondwarmte en brandstofcellen(energie stockeren via het gebruik van brandstofcellen wordt nu al gebruikt en getest). Daarnaast zullen in de toekomst in woonwijken en industrieparken slimme netwerken zorgen voor een evenwicht in vraag en aanbod. Dit klinkt nog verre toekomst maar komt er sneller dan wij denken, zodra de wereld een liter olie/gas te weinig heeft om het aanbod te dekken zit het er bovenarms op. Buiten de verwachte stijging boven 200 dollar per vat krijgen we ook te maken met echte tekorten en dus rantsoeneringen.
Dit alles kan een opportuniteit zijn voor een nieuw energiebedrijf dat vooral investeringen moet stimuleren en nauw samenwerken met de privé bedrijven in een geliberaliseerde markt. Hoezeer het idee geboren is uit een gevoel van onrechtvaardigheid over de dominantie van een buitenlands privé bedrijf de oplossing ligt niet in een nieuw staatsbedrijf. Door de beslissing om de markt volledig te liberaliseren is deze optie gewoon niet realistisch. Hopelijk werkt men een sterke visie uit met een uitgewerkt Aktie plan in de Benelux voor al deze staatsinstellingen zich op de zeer risicovolle energiemarkt gooien.