Energie-Blog

André Jurres

De euforie over nieuwe windmolenparken op zee, de batterij opstellingen, de PV parken en de ambities voor groene waterstof ten spijt staat de verwachte en gewenste groei op spanning met de productiecapaciteit van de fabrikanten van deze productievormen.

 

Met het recente IPCC rapport in gedachte is een versnelling nochtans broodnodig, want moeder aarde wacht niet op ons met haar reactie op onze voetafdruk op de planeet.  Dat we minstens nog factor drie moeten versnellen op jaarbasis is een absolute ondergrens en eigenlijk zou maal zes beter zijn.

 

De aangekondigde GW wind concessies op zee gaat vandaag de productiecapaciteit van de fabrikanten met een factor zes te boven.  Zelfs al zouden we onbeperkte middelen geven aan deze fabrikanten dan nog kunnen ze de vraag niet volgen gezien we simpelweg niet voldoende geschoolde mensen hebben voor deze diverse complexe technologieën.

 

Automatisering en robotisering kunnen zeker helpen maar ook deze kosten veel tijd en investeringen om op de gewenste schaalgrote te brengen.  Europa en bij uitbreiding de wereld dient dringend een Marshall productieplan te gaan ontwerpen willen we onszelf niet overbodig maken als soort op deze planeet.

 

Naast de productiecapaciteit die dus vandaag tot zes keer te klein is komen we ook bij schaalvergroting direct bij het volgende probleem namelijk grondstoffen.  Veel van de gewenste productievormen wind, zon, batterijen, elektrolysers dragen allemaal min of meer kostbare grondstoffen in zich en deze zijn niet overal te vinden en al helemaal niet op deze schaalgrote. 

 

Naast het opschalen van de productiecapaciteit in Europa en daarbuiten zal ook voldoende geïnvesteerd dienen te worden in onderzoek en ontwikkeling om de kostbare grondstoffen zo min mogelijk te gebruiken.

 

Deze investeringen in zowel productie als O&O betekenen wel dat de Green Deal geen problemen zal hebben met het vinden van voldoende geschikte investeringen.  Dat vele energiebedrijven vandaag vooral hun functie hebben op productiecapaciteit is begrijpelijk gezien hun achtergrond, maar men zal toch dienen op te schuiven naar fabricage en onderzoek en ontwikkeling.  De honderden miljarden Euro’s die vorig jaar als winst verdiend werden door de oorlog in Oekraïne dienen nu geherinvesteerd te worden in hun bedrijf en niet uitgekeerd te worden als extra dividend aan de aandeelhouders.

 

De fossiele brandstofsector heeft een enorme schuld te dragen als het aankomt op de klimaatimpact van hun producten en zo dienen ze ook bij te dragen tot de oplossing ervan.  Het vergt moed om toe te geven dat je pad eindig is en jezelf opnieuw uit te vinden.  Jammer genoeg blazen de meeste oliebedrijven warm en koud momenteel, men zegt het ene maar men doet het andere.

 

De gemakkelijke enorme geldstromen die onze natuurlijke bronnen hun geven zijn nu eenmaal zeer verslavend, gelukkig zijn er al enkele olie en gasbedrijven die een duurzamere koers beginnen te omarmen.  Soms onder druk van hun eigen aandeelhouders, soms omdat hun fossiele bronnen opdrogen en soms uit visie.  Wat de reden ook is de overheden dienen nu af te dwingen dat deze transitie door al de fossiele grondstofbedrijven omarmt gaat worden en hun product dan ook echt te gaan belasten voor hun milieukost.

 

Terugkomend op de uitdaging van een nodige versnelling snappen vele politici nog steeds niet hoe groot de uitdaging wel is, neem een land als Nederland bijvoorbeeld waar op jaarbasis zo’n 105 TWh elektriciteit wordt verbruikt, dit zal naar minstens 420-460 TWh dienen te groeien willen we stoppen met fossiele brandstoffen te verbranden.  Voor België gaan we dan van 80 TWh naar zo’n slordige 320 TWh.  Factor vier hebben we het dan over en de weg daarnaar toe is nog verre van zichtbaar.

 

Nederland mag dan de ambitie hebben om alleen al 70 GW wind op zee te gaan plaatsen tegen 2050, met de huidige productiecapaciteit van de fabrikanten is dit echter onmogelijk en gaan we veel te lang nodig hebben om deze aantallen te bereiken. 

 

In plaats van weer meer staal te gaan gebruiken voor wapens dienen we vooral de investeren in staal voor windmolens!  Zorg ervoor dat na de oorlog Oekraïne en Rusland meegenomen worden in het moderniseren van hun productie apparaat zodat ook zij deel worden van de oplossing.  Na de Tweede Wereldoorlog zorgde het Marshallplan er ook voor dat uit de ruïnes van Duitsland en Japan sterke economieën konden groeien.  Dit heeft uiteindelijk vooral gezorgd voor stabiliteit, economische voorspoed en vrede.